Afgelopen zondag mochten we in doop en avondmaal vooral één ding leren. Dat Jezus werkelijk Verlosser is. Daarom gaf Hij deze twee sacramenten. Om te laten zien en voelen en proeven: Ik ben Jezus, die jullie verlost van de zonde. Zodat wij in Hem geloven, zijn naam belijden. En door Hem vergeving van al onze zonden ontvangen.
Petrus sprak die heerlijke belijdenis ook uit. Hij had een kreupele man genezen. Die man was al meer dan veertig jaar oud en was kreupel van af zijn geboorte. Petrus mocht in Jezus naam een ongekend wonder doen: volledige genezing! En als Petrus en Johannes dan gearresteerd worden door de Joodse leiders, dan zegt hij: “onder de hemel geen andere Naam onder de mensen gegeven waardoor wij zalig moeten worden.” (Hand. 4:12) Een krachtige belijdenis. Zo bijzonder dat Petrus dat moedig kon zeggen tegenover het Sanhedrin. Tegenover al die Joodse leiders, die niets meer over Jezus wilden horen. Petrus zegt het ronduit: alleen bij Jezus is er redding.
Geloof jij dat ook? Deze boodschap van Petrus klinkt vandaag zo hard. Zo weinig tolerant. Dat er zonder Jezus geen verlossing is. Dat je zelfs zonder Jezus verloren gaat, wie je ook bent. Wat je ook hebt gedaan. Is dat echt zo? Ook als je goed hebt geleefd? Ook als je je enorm hebt ingespannen voor een andere godsdienst? Dat is wel wat Petrus zegt: zonder Jezus ga je verloren. Hij is de hoeksteen, waarop het gebouw van Gods verlossing is gebouwd. Zonder Jezus stort elk huis van verlossing in. Hoe mooi of hoe sterk of hoe groot het ook is.
Maar weet je wat zo mooi is? God gaf deze naam: Jezus, zijn eigen Zoon. De Vader gaf zijn Zoon. Aan ons mensen. Tot verlossing. Er is maar één weg tot God, dat is via Jezus. Maar die weg is er wel! Door God zelf gegeven. Ga jij die weg tot de Vader? Geloof jij in Jezus, de Zoon van God? Dan ben ook jij gered van de zonden.
Lezen Hand. 4:1-12.
CK
—
Wil je de preek nogmaals horen? Klik hier om de eredienst te zien. En klik hier om het te beluisteren (de preek start vanaf 51:35).